De Katholieke kerk van Roosendaal

. Nispen bestaat veel langer dan Roosendaal. Nispen had een parochie en heel veel dorpen hoorden hierbij zoals: Kalmthout, Essen, Nieuwmoer, Achter broek en Wildert in het huidige België en Nispen, Roosendaal en Zegge in het huidige Nederland. Heel Nederland behoorde die tijd tot het katholieke geloof. Mensen gingen iedere zondag naar de kerk en hielden zich strikt aan de regels van het geloof. Maar doordat de wegen naar Nispen slecht en onveilig waren, vroegen mensen uit zowel kalsdonk, halsdoek en langdonk om een eigen kerk. En die kregen ze. Op 5 november 1268 was de kerk klaar.

 

De naam Roosendaal zou ook verwijzen naar het katholiek geloof. Sommige mensen denken dat Roosendaal verwijst naar Rozendal, volgens de katholieken verwijst dit weer naar de heilige maagd Maria.

 

Tijdens de 80 jarige oorlog was er een strijd tussen het rijk van Filips de 2e en de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. Filips de 2e  wou namelijk dat de hele wereld katholiek was. Dat was niet zijn enige motief om oorlog te voeren. Hij deed het ook voor de macht die hij ervoor kreeg. Nederland was een katholieke republiek maar er kwamen steeds meer protestantse gemeenschappen in Nederland. Ze werden minderwaardig behandeld. Mensen begonnen zich tegen het katholiek te keren. De katholieken wouden overal ter wereld kerken stichten om hun macht te vergroten. Ze hadden hier echter het geld niet voor dus voerden ze de aflaten in. Het principe hiervan was duidelijk. Je betaalde een bepaald bedrag en inruil daarvoor zou je naar de hemel gaan. Je kocht als het ware je zondes weg. Hier was veel protest tegen want tijdens de 80 jarige oorlog is de economie van Roosendaal erop achteruit gegaan. Er heerste armoede in Nederland, alleen de rijke mensen konden zich deze aflaten veroorloven. Dat is de voornaamste reden van het protest. Veel mensen vonden dat het katholiek geloof aan verandering toe was. Deze mensen werden beschouwd als ketters. Een van deze mensen is Johannes Calvijn. De protestantse gemeenschappen worden groter en groter tot het uiteindelijk de officiële godsdienst word van Nederland in 1648. Toen werden de rollen weer omgedraaid, nu waren de katholieken de minderwaardigen. De katholieken werden onderdrukt en mochten in het openbaar niet hun geloof uitoefenen. Daarom gingen ze niet naar de Sint-Jan kerk want die was in gebruik genomen door de protestanten, de katholieken gingen naar schuilkerken voor hun kerkdiensten. Ook de gelovige broederschappen leefden meer in het geheim. Ze mochten ook niet lid worden van het gemeentebestuur. Het gezegde luid dat mensen vergeven en vergeten en daar zal vast wel een kern van waarheid in zitten want langzamerhand stopten de christenvervolgingen en hebben de katholieken het voor elkaar gekregen om een pastorie te laten bouwen in 1762. Later kregen de katholieken ook de Sint-Jan kerk terug maar deze was wel erg beschadigd. De mensen die nu naar kerkdiensten gaan in de Sint-Jan kerk hebben geen idee wat voor geschiedenis er aan de kerk voorbij is gegaan.